De levensverwachting in goede gezondheid is voor welvarende mensen meer dan 20 jaar hoger dan voor mensen onder aan de sociale ladder. Dat zegt de Correspondent deze week.
Ik leef tussen de mensen onder aan de ladder en mijn situatie is niet zo veel beter dan die van hen.
Na een scheiding tijdens mijn zestigste levensjaar, met al mijn onderwijsdiploma’s, nam ik een baantje in de kinderopvang.
Ik hield het daar niet zo lang uit. Dit kwam door de regels, die naar mijn mening de verkeerde kant opkeken als het om gevaar gaat.
Er is bijvoorbeeld geen Arnica voorradig in de kinderopvang en je kunt niets doen aan de grote blauwe bulten die kinderen nu eenmaal dagelijks oplopen. Als je zegt dat de bulten zienderogen slinken door die zalf, dan begeef je je al op glad ijs. Dan ben je al een halve heks. Op de tube arnica, die je zelf in je rugzak hebt meegenomen, staat alleen: verzorgt de blauwverkleurde huid. Dat is een schadelijke leugen. De huid is doorlaatbaar en Arnica werkt direct in op de bloeduitstorting eronder. Iedereen die het kan betalen, die het gebruikt, weet dat.
Ik leef tussen gehandicapte, aan drank en sigaretten verslaafde mannen en vrouwen in een sociale huurflat in Rotterdam. Enkele van de mannen zijn vroeg ontslagen uit zware banen. Sommigen weten de weg naar de voedselbank te vinden, anderen knopen de eindjes aan elkaar. Ze eten elke dag vlees en witte rijst. Dat is in deze wijk goedkoper dan groente. Ze zijn bijna allemaal patiënt en lopen voorafgaand aan hun dood jarenlang bij meer dan één specialist. Het gaat om de bekende slopende ziektes, zoals diabetes, artritis, astma en kanker. Het gaat om pappen en nathouden.
De mensen om mij heen mogen dan een veel lagere gezonde levensverwachting hebben, ze zijn samen wel goed voor het consumeren van miljoenen zorgkosten per jaar. Met hun Scootmobiel gaan ze op de metro en bij het Erasmus pakken ze de lift naar de specialist. Dat kost hun heel veel tijd en amper geld. Want als je je eigen bijdrage eenmaal hebt opgesoupeerd, maakt het niet meer uit.
Maar wat ik de laatste tientallen jaren ook heb zien gebeuren is dat mensen die werkten in de zorg het niet uithielden in het systeem en zich lieten omscholen naar verschillende takken van alternatieve zorg. Met tomeloze ijver slepen zij al jaren mensen uit deze valkuil, of helpen hen om te herstellen na een ernstige aandoening en/of operatie. De mainstream heeft daar geen enkele belangstelling voor. Cijfers ontbreken volledig.
Ik heb problemen met mijn gezondheid en na een ernstige val heb ik met kunst en vliegwerk invaliditeit voorkomen. Mijn probleem is anders, want ik reflecteer al mijn leven lang over mind-body. Ik spring vrolijk, rond dank zij een paar duizend euro aan alternatieve zorg, waarmee ik de stress en de gevolgen van pech die bij je leeftijd horen de baas blijf. Ik rook en drink niet, ik zoek naar gezonde groente en fruit. Toch heb ik extra zorg nodig. Die zorg wordt niet als zorg erkend, maar is wel beslissend voor het voorkomen van de auto-immuun problemen die ik om me heen zie. Ik betaal daar volledig belasting over. Ook constateer ik dat die vaak uitstekende zorgverleners politiek en sociaal in de marge leven en hun eigen strategie van overleven hebben. In hun eigen bubbels. Ik vraag hen vaak van tevoren: zullen we het niet over inenten hebben?
Door preventief te werk te gaan kan ik niet rondkomen. Het lijkt soms handiger om alles maar op zijn beloop te laten maar dan heb je dus je leven verpest. Je barst van de pijn, zit in een karretje en bent de godganse dag bezig met andere zaken dan waar je voor in de wieg gelegd bent. Wel ben je tot je dood een hele goede klant voor de zorg die we met z’n allen moeten opbrengen.
Wat ik in de loop van twintig jaar heb zien ontstaan is een systeem dat mensen die het in principe goed doen, die met een klein beetje steun uit de chronische zorgconsumentensfeer kunnen blijven, door domme pech, zoals een val met de fiets of een fikse ontsteking, niet meer gezond worden.
Wat ik heb zien ontstaan is een reuzensysteem dat goed is voor de helft van de economie. Dat systeem houdt deze grote doelgroep aan het lijntje en biedt op deelgebieden geniale oplossingen. Wat ik dagelijks ervaar is dat dit systeem door (oudere) mensen als een doolhof wordt ervaren.
Heel vaak denk ik: wat zou het een hoop schelen als wij als samenleving naar de hele natuur kijken in en om ons lijf, en onszelf als onderdeel zouden zien. Als het keiharde feit van de preventieve werking van planten en geavanceerde medicijnen, bestaande uit in een lab geproduceerde tincturen, eindelijk erkend zou worden. Als we zouden begrijpen dat zelfregie op dit gebied geen elitaire luxe is voor hooggeschoolden, maar noodzakelijk om te overleven en de schrijnende kloof tussen arm en rijk te dichten.